Staking van het bedrijf door ziekte, pensioen of overlijden: UWV kan u financieel tegemoetkomen!
15 maart 2019
Vergoeding voor transitievergoeding bij bedrijfsbeëindiging
Bedrijfsbeëindiging kan een gevolg zijn van het bereiken van de pensioenleeftijd, ziekte en overlijden van ondernemers. Dat brengt soms grote financiële lasten met zich mee. De ondernemer moet dan meestal zijn werknemers ontslaan en de transitievergoeding betalen. Onze wetgever snapt dit en heeft daarvoor een oplossing gezocht en gevonden! Via het concept wetsartikel 7:673e BW kan een kleine ondernemer met maximaal 25 werknemers bij bedrijfsbeëindiging een vergoeding krijgen voor het betalen van transitievergoedingen aan werknemers. Let wel! Dit staat nog niet vast. De Eerste Kamer moet het nog goedkeuren. Inwerkingtreding wordt verwacht per 1 januari 2020.
Voorwaarden:
- De vergoeding kan aangevraagd worden door de ondernemer, die eigenaar van een eenmanszaak is, een maatschap of een VOF drijft of directeur-grootaandeelhouder is van een B.V. of N.V.
- De werkgever moet de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt of moet ziek zijn, zodat hij zijn werkzaamheden als werkgever niet kan voortzetten. Voor het overlijden van de ondernemer, dat ook leidt bedrijfsbeëindiging, worden nog criteria ontwikkeld.
- Van pensionering is sprake als de eigenaar van een eenmanszaak, de vennoot, maat of dga de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt of gaat bereiken binnen zes maanden nadat het eerste verzoek is ingediend voor het verstrekken van een ontslagvergunning (bij UWV) of ontbinding van de arbeidsovereenkomst met een werknemer (bij de rechter).
- Om in aanmerking te komen voor een vergoeding bij bedrijfsbeëindiging door ziekte van de ondernemer, geldt dat de eigenaar van een eenmanszaak, de vennoot, maat of dga dusdanig ziek moet zijn dat niet te verwachten is dat hij zijn werkzaamheden kan voortzetten. Indien de werkzaamheden van de onderneming reeds beëindigd zijn, gaat het erom of de ondernemer zijn werkzaamheden had kunnen voortzetten binnen een periode van zes maanden nadat een bedrijfsarts hierover geadviseerd heeft. Het UWV beoordeelt vervolgens op basis van de aangeleverde stukken en eventueel eigen onderzoek, of door ziekte niet verwacht kan worden dat de ondernemer zijn werkzaamheden kan of had kunnen voortzetten binnen zes maanden nadat het advies door de bedrijfsarts gegeven is.
- Kleine werkgever, is de ondernemer, die minder dan 25 werknemers in dienst heeft op 1 januari van het jaar, waarin hij het eerste verzoek voor deze vergoeding doet. Bij de berekening van het aantal werknemers doet het er niet toe of een werknemer in tijdelijke of vaste dienst is; ingeleend personeel telt niet mee.
- Als een onderneming onderdeel is van een groep worden alle werknemers, die in dienst zijn binnen de verschillende ondernemingen van de groep, meegerekend om vast te stellen of er sprake is van minder dan 25 werknemers.
- De arbeidsplaatsen moeten vervallen door beëindiging van de werkzaamheden van de onderneming. UWV beoordeelt de aanvraag voor een vergoeding op basis van de regels voor ontslag vanwege bedrijfseconomische omstandigheden. Zodra UWV voor ten minste één werknemer van de onderneming toestemming heeft verleend om de arbeidsovereenkomst wegens deze ontslaggrond op te zeggen, dan is voldaan aan deze voorwaarde.
- Het is niet noodzakelijk dat de onderneming al in haar geheel is beëindigd. Door fiscale redenen kan er tijd verstrijken tussen het beëindigen van de werkzaam-heden van de onderneming en de daadwerkelijke bedrijfsbeëindiging. Zeker bij ziekte (pensionering is redelijk te voorzien) is het niet realistisch om te denken dat de onderneming kort na het ontstaan van de ziekte al geheel is beëindigd.
- Voor transitievergoedingen kan alleen compensatie worden toegekend als deze verschuldigd en uitbetaald zijn in verband met het eindigen van arbeidsovereen-komsten In de periode van zes maanden voor en negen maanden na het beëindigen van de onderneming. Het is dus mogelijk om over een langere periode al vergoedingen te krijgen. Hierdoor worden de financiële lasten voor een ondernemer vanwege het ‘voorschieten’ van de transitievergoedingen beperkt.
Toestemming door UWV of rechter voor slechts één werknemer
Zodra UWV voor ten minste één werknemer van de onderneming toestemming heeft verleend voor ontslag vanwege beëindiging van de onderneming, wordt voor alle andere werknemers dezelfde ontslagreden aangenomen. In geval UWV weigert toestemming te verlenen voor ontslag van een werknemer, kan de werkgever naar de rechter om de arbeidsovereenkomst te laten ontbinden. De transitievergoedingen, die zijn verstrekt in het kader van het eindigen van de arbeidsovereenkomsten van de andere werknemers, kunnen gecompenseerd worden, ook indien de arbeidsovereen-komsten van rechtswege zijn geëindigd, door opzegging met schriftelijke instemming van de werknemer, na ontbinding door de rechter of met wederzijds goedvinden.
Misbruik/oneigenlijk gebruik
Om misbruik of oneigenlijk gebruik van deze compensatieregeling te voorkomen moet de ondernemer twee jaar in de hoedanigheid van werkgever aan de onderneming zijn verbonden. Zo wordt voorkomen dat kort voor de bedrijfsbeëindiging door de onderneming een persoon wordt aangetrokken die voldoet aan de voorwaarden om op die manier voor de compensatie in aanmerking te komen.